Algemene Dekkingsmiddelen
(bedragen x € 1.000) | |||||||||
Omschrijving | Jaarrekening 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2020 na wijzigingen | Jaarrekening 2020 | |||||
1 | Lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is | 12.972 | 14.737 | 14.034 | 14.249 | ||||
- OZB woningen | 8.050 | 9.335 | 8.908 | 9.023 | |||||
- OZB niet-woningen | 2.563 | 2.828 | 2.832 | 2.908 | |||||
- Overige belastingen | 2.359 | 2.574 | 2.294 | 2.318 | |||||
2 | Algemene uitkering | 62.678 | 64.885 | 69.947 | 70.732 | ||||
3 | Dividend | 749 | 458 | 0 | 258 | ||||
4 | Saldo van de financieringfunctie | 351 | 492 | * | 381 | ||||
5 | Overige algemene dekkingsmiddelen | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||
Totaal | 76.750 | 80.572 | 83.981 | 85.620 | |||||
* Het saldo van de financieringsfunctie wordt uitsluitend berekend bij het opstellen van de begroting en de jaarstukken. |
Ad 1 Lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is € 215.000 V
- OZB woningen: Verklaring van het verschil € 115.000 is tweeledig:
€ 44.000 : positieve afwikkeling beroep en bezwaar voorgaande jaren in 2020.
€ 71.000 : inschatting en werkelijkheid wijken fractioneel (0,8%) positief af op basis van areaal en waarden woningen.
- OZB niet woningen: Verklaring van het verschil € 76.000 is tweeledig:
€ 4.000 : negatieve afwikkeling beroep en bezwaar voorgaande jaren in 2020.
€ 80.000 : inschatting en werkelijkheid wijken (2,8 %) positief af op basis van een fractie hoger areaal, een positieve afwikkeling van de post bezwaar en een lichte daling van de leegstand.
Overige belastingen: Overige kleine wijzigingen € 24.000 V.
Ad 2 Algemene uitkering € 785.000 V
Het voordeel van € 785.000 bestaat uit de via decembercirculaire ontvangen extra algemene uitkering van € 208.000, de nog niet bestede middelen uit het 1e en 2e coronasteunpakket van € 589.000 en overige kleine afwijkingen van € 13.000 nadelig.
Ad 3 Dividend € 258.000 V
In de 2e bestuursrapportage is het dividend van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) in overleg met de accountant afgeraamd. Dit omdat de BNG de dividenduitkering over 2019 van de Europese Centrale Bank (ECB) verplicht moest opschorten tot na 2020 vanwege de coronapandemie. Nadien heeft de commissie BBV aangegeven dat het dividend 2019 verantwoord moet worden in het jaar waarin het vastgesteld is (2020) en in dat jaar in de jaarrekening verantwoord moet worden.
Ad 4 Saldo van de financieringsfunctie € 111.000 V
De boekwaarde van investeringen (stand 1-1-21) is met 10 mljn gedaald ten opzichte van de begroting 2020. Over dit bedrag moet rente worden toegerekend. Doordat het bedrag waarover rente wordt berekend is gedaald, daalt ook het rentebedrag.
Overhead
Het aandeel overhead
Sinds de begroting 2017 moeten gemeenten apart inzicht geven in de kosten van de ondersteunende
diensten, ook wel overhead genaamd. Bij het bepalen van de overhead wordt gebruik gemaakt van de richtlijnen en definitie die het BBV hiervoor heeft afgegeven. Met overhead wordt bedoeld ‘alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van medewerkers in het primaire proces’. Dit begrip laat enige ruimte voor interpretatie. Zo mogen gemeenten zelf de mate van detaillering bepalen als het gaat om toerekening van kosten aan directe producten of aan overheadproducten. De bedoeling van dit BBV-overzicht is de omvang van de overhead beter in beeld te krijgen, deze te kunnen benchmarken en om enige sturing hieraan te kunnen geven. Daarbij gaat het met name om de onderdelen waar de overhead uit bestaat en wat een organisatie daarvoor krijgt.
(Bedragen x € 1.000) | ||||||||
Apparaatskosten | Jaarrekening 2019 | Begroting 2020 primair | Begroting 2020 na wijziging | Jaarrekening 2020 | ||||
Huisvestingskosten - Werf | 753 | 784 | 795 | 746 | ||||
Huisvestingskosten Gemeente kantoor en Cultuurhuis | 1.777 | 1.731 | 1.857 | 1.891 | ||||
Huisvestingskosten - totaal | 2.531 | 2.515 | 2.653 | 2.637 | ||||
Personeelskosten - producten | 11.796 | 12.540 | 12.366 | 10.432 | ||||
Personeelskosten - Overhead | 7.695 | 9.892 | 9.587 | 7.928 | ||||
Personeelskosten - totaal | 19.491 | 22.432 | 21.953 | 18.351 | ||||
ICT kosten - Producten | 374 | 418 | 427 | 474 | ||||
ICT kosten - Overhead | 804 | 919 | 924 | 806 | ||||
ICT kosten - Totaal | 1.178 | 1.337 | 1.351 | 1.280 | ||||
Kosten Verbonden partijen (RID) | 1.689 | 1.689 | 1.751 | 1.751 | 1.751 | 1.751 | 1.746 | 1.746 |
Totaal apparaatskosten exclusief inhuurkosten | 24.889 | 28.035 | 27.708 | 24.014 | ||||
Inhuurkosten - Producten | 1.694 | 870 | 1.477 | 3.005 | ||||
Inhuurkosten - Overhead | 1.937 | 33 | 388 | 1.222 | ||||
Inhuurkosten - Totaal | 3.632 | 903 | 1.865 | 4.228 | ||||
Totaal apparaatskosten inclusief inhuurkosten | 28.520 | 28.938 | 29.573 | 28.242 |
Van de totale apparaatskosten van € 28,3 miljoen, is € 13,6 miljoen aan te merken als overhead.
In onderstaand overzicht is de specificatie hiervan opgenomen. Hierbij is ook aangegeven hoe de
werkelijke overheadkosten zich verhouden tot de begroting.
(Bedragen x € 1.000) | ||||
Overheadkosten | Jaarrekening 2019 | Begroting 2020 primair | Begroting 2020 na wijzigingen | Jaarrekening 2020 |
Huisvestingskosten Gemeente kantoor en Cultuurhuis | 1.777 | 1.731 | 1.857 | 1.891 |
Personeelskosten - Overhead | 7.695 | 9.892 | 9.587 | 7.928 |
ICT kosten - Overhead | 804 | 919 | 924 | 806 |
Kosten Verbonden partijen (RID) | 1.689 | 1.751 | 1.751 | 1.746 |
Totaal overheadkosten exclusief inhuurkosten | 11.965 | 14.293 | 14.120 | 12.371 |
Inhuurkosten - Overhead | 1.937 | 33 | 388 | 1.222 |
Totaal overheadkosten inclusief inhuurkosten | 13.902 | 14.326 | 14.508 | 13.594 |
Uit bovenstaand overzicht blijkt dat de gerealiseerde overheadkosten € 914.000 voordelig afwijken van de begroting na wijziging. Dit voordeel wordt met name veroorzaakt door:
- Begrote en werkelijke lasten op andere posten verwerkt (€ 383.000);
- Voordelen door de covid-19-pandemie (€ 363.000);
- Overige voordelen (€ 168.000);
Doordat begrote en werkelijke lasten op andere posten worden verwerkt – en derhalve worden toegelicht – ontstaat een voordelig resultaat van € 383.000.
De werkwijze is dat tussentijdse begrotingswijzigingen op personeelslasten niet verwerkt worden op de bijbehorende producten van de verschillende programma’s, maar centraal worden verwerkt op de concernoverhead. Hierdoor is aan het eind van het jaar een (voordelig) begrotingsresultaat op concernoverhead van € 363.000 ontstaan. Omdat de werkelijke personeelslasten wel op de bijbehorende producten worden geboekt, ontstaat hier een even groot (nadelig) begrotingsresultaat, waardoor dit geen invloed heeft op het saldo rekeningresultaat.
Ad 2. Voordelen door de Covid-19-pandemie
De Covid-19-pandemie en de ingestelde lockdowns hebben op de volgende onderdelen tot voordelen geleid:
- Studie- en congreskosten (€ 82.000)
- Drukwerk en verzendkosten (€ 57.000)
- Facilitaire kosten (€ 30.000)
- Onderhoud gebouwen (€ 44.000)
- Algemene personeelslasten (€ 150.000).
Ad 3. Overige voordelen
De overige voordelen zijn lagere ICT-kosten en niet uitbetaalde lasten voor teamleiders.
De lagere ICT-kosten binnen overhead zijn vooral het gevolg van het overhevelen van softwarekosten op het product ICT-Publiek (€ 108.000). Daarnaast zijn de telefoonkosten iets lager uitgevallen (€ 10.000).
Grondexploitaties en anterieure overeenkomsten
De overheadkosten mogen niet meer direct aan de producten worden toegerekend, met uitzondering van grondexploitaties en anterieure overeenkomsten. In de begroting 2020 werd rekening gehouden met een bedrag van € 184.000 dat aan de producten grondexploitaties en anterieure overeenkomsten kon worden toegerekend. De realisatie is uitgekomen op € 156.000. De realisatie ten opzichte van de begroting is echter anders voor deze categorieën. Waar de realisatie in de anterieure overeenkomsten op zo'n 60% is uitgekomen (€ 92.000 op een begroting van € 150.000) is dat bij de grondexploitaties precies andersom: een realisatie van € 64.000 op een begroting van € 34.000. De verklaring voor deze verschillen is dat de organisatie heel exact is bij gaan houden waaraan de uren zijn besteed. De verklaring voor de lagere realisatie in totaal is omdat er in werkelijkheid in 2020 minder ambtelijke uren zijn besteed aan grondexploitaties en anterieure overeenkomsten. Dit heeft er enerzijds mee te maken dat het aantal projecten waar in de begroting van werd uitgegaan o.b.v. kengetallen in werkelijkheid niet is gehaald. Anderzijds mogen o.b.v. wet- en regelgeving niet alle uren/werkzaamheden die worden besteed aan grondexploitaties en anterieure overeenkomsten worden toegerekend. In de begroting is hiermee onvoldoende rekening gehouden.
Overheadtarief
Om te komen tot kostendekkende tarieven wordt extracomptabel (dus buiten de administratie om) overhead aan de lokale heffingen (afvalstoffenheffing, rioolheffing, marktgelden, begraafrechten en leges) toegerekend. In onze gemeente doen we dat door een vaste overheadopslag toe te rekenen aan elk direct begroot uur aan een kostendekkend product. Het overheadtarief waarmee in de begroting 2020 rekening werd gehouden bedroeg € 51,55. In werkelijkheid bedraagt het overheadtarief in 2020 € 49,76. Dit lagere tarief wordt veroorzaakt door lagere kosten overhead ten opzichte van de primaire begroting.
Bij gelijkblijvend tarief (conform begroting) zijn er daardoor minder overheadkosten.
Vennootschapsbelasting
Uit de gerealiseerde jaarcijfers 2020 blijkt dat wij niet Vpb-plichtig zijn voor de activiteiten (exclusief grondexploitaties) die vallen onder de Vpb. Er is sprake van verlieslatende of kostprijsdekkende activiteiten, zodat over 2020 een nihil aangifte voor de vennootschapsbelasting plaatsvindt. De verwachting is dat de betreffende activiteiten structureel verlieslatend blijven. Dit ligt in lijn met de standpunt inname over 2016 van onze fiscaal adviseur, vastgelegd in brieven aan de Belastingdienst. De actualisatie van de Vpb quickscan grondexploitaties is in de afrondende fase. Zodra de uitkomsten bekend zijn, delen we deze met de accountant en de Belastingdienst. De Vpb aangiftes over de jaren 2016 en 2017 zijn door de Belastingdienst vastgesteld. Over het jaar 2018 moeten we nog een reactie ontvangen van de Belastingdienst. De Vpb aangiftes 2019 en 2020 worden na de afronding van de VPB quickscan grondexploitaties in de loop van 2021 ingediend.
Onvoorzien
Jaarlijks wordt op begrotingsniveau een bedrag geraamd voor onvoorziene lasten. Dit bedrag is € 2,50 per inwoner. Het aantal inwoners bedroeg per 1 januari 2020 49.580. Het gereserveerde bedrag is € 124.000. Een deel is ingezet voor de bestrijding van de eikenprocessierups en het restant is vrijgevallen bij de 2e bestuursrapportage 2020.